L5 : Taal : Taalbeschouwing : Het bijvoeglijke naamwoord
1. Klik aan : lidwoord, zelfstandig naamwoord, bijvoeglijke naamwoord of werkwoord.
2. Klik de bijvoeglijke naamwoorden aan (1).
3. Klik de bijvoeglijke naamwoorden aan (2).
4. Klik de bijvoeglijke naamwoorden aan (3).
5. Klik de bijvoeglijke naamwoorden aan (4).
6. Klik de bijvoeglijke naamwoorden aan (5).
7. Klik de bijvoeglijke naamwoorden aan (6).
8. Klik de bijvoeglijke naamwoorden aan (7)
9. Klik de bijvoeglijke naamwoorden aan (8).
10. Klik op de bijvoeglijke naamwoorden om ze te selecteren (1).
11. Klik de bijvoeglijke naamwoorden aan om ze te selecteren (2).
12. Vul alles in. Bv. de stoel is van hout - de houten stoel.
13. Welk woord is een bijvoeglijk naamwoord (1) ?
14. Welk woord is een bijvoeglijk naamwoord (2) ?
15. Welk woord is een bijvoeglijke naamwoord (3) ?
16. Zet het bijvoeglijke naamwoord voor het zelfstandig naamwoord.