ICT kleurt

Vocabulaire

Uitdrukkingen

1. Flashcards

2. Gravity

3. Leren

4. Match

5. Schrijven

6. Spellen

7. Test

1. Flashcards

2. Leren

3. Schrijven

4. Spellen

5. Match

6. Gravity

7. Test

Werkwoord entrer

Werkwoord montrer

1. Flashcards

2. Leren

3. Schrijven

4. Spellen

5. Match

6. Gravity

7. Test

1. Flashcards

2. Leren

3. Schrijven

4. Spellen

5. Match

6. Gravity

7. Test

Werkwoord préférer

Werkwoord vivre

1. Flashcards

2. Leren

3. Schrijven

4. Spellen

5. Match

6. Gravity

7. Test

1. Flashcards

2. Leren

3. Schrijven

4. Spellen

5. Match

6. Gravity

7. Test

Oefeningen werkschrift

We oefenen 'min taalboetiek'.

We oefenen 'mijn taalboetiek'. Vul aan met de juiste vorm van het werkwoord 'venir'.

1. Kopieer.

La chambre de Salomé. Tu comprends ?

2. Vul aan met mon - ton - son - ma - ta - sa.

3. Vul aan met mes of tes.

4. Vul aan met mes, tes of ses.

5. Vul aan met de juiste vorm van het werkwoord 'venir'.

7. Vul aan met de juiste vorm van het bijvoeglijk naamwoord.

9. Spelen met de Franse taal.