1. Kopieer de zinnen
3. Vul in met "un" of "un".
4. Maak vraagzinnen
5. Vul de zinnen van ieder gesprekje aan.
|
6. Vul aan met de juiste werkwoordsvormen
7. Vul aan met je - tu - il - elle - nous - vous - ils of elle.
8. Stel zelf een vraag. Bekijk eerst de antwoorden.
|